Realisatie doel
Wat hebben we bereikt?Het cliëntervaringsonderzoek over 2016 komt in de loop van het jaar beschikbaar. Om die reden wordt gebruik gemaakt van andere informatiebronnen met betrekking tot de cliëntervaring. Informatie over de zelfredzaamheid van cliënten wordt niet cijfermatig verzameld en ontsloten. Het gebruik van individuele begeleiding is redelijk stabiel. Cliënten nemen vaker deel aan dagbesteding en minder mensen maken gebruik van huishoudelijke ondersteuning. Tot slot valt op dat burgers minder vaak de keuze maken voor een persoonsgebonden budget. |
Effectindicator | Nulmeting | Realisatie | Streefwaarde | Realisatie | Bron |
Percentage cliënten dat aangeeft dat de ondersteuning en voorzieningen uit de Wmo redelijk tot veel bijdraagt aan het zelfstandig kunnen blijven wonen [1] | 81% (2009) | 78% (2010) | 87% | - | SGBO Cliënttevreden-heidsonderzoek |
Percentage cliënten dat aangeeft dat de ondersteuning en voorzieningen uit de Wmo redelijk tot veel bijdraagt aan het kunnen meedoen in de maatschappij [1] | 74% (2009) | 64% (2010) | 76% | - | SGBO Cliënttevreden-heidsonderzoek |
[1] Gemeenten zijn op grond van de Wmo 2015 verplicht een cliëntervaringsonderzoek te laten uitvoeren, waarvoor landelijk een verplichte vragenlijst is vastgesteld . De exacte omschrijving van deze vragen/indicatoren wijken hierdoor vanaf 2016 af van de eerder opgenomen indicatoren in de Programmabegroting 2016-2020. Begin 2016 is dit cliëntervaringsonderzoek over 2015 uitgevoerd. Hieruit kwam naar voren dat 61% van de cliënten aangeeft dat zij door de gemeente snel geholpen werden met hun hulpvraag. 71% van de cliënten geeft aan dat zij de kwaliteit van de zorg/ondersteuning zie zij krijgen goed vonden.
Realisatie prestaties
a. Versterken van materiële en/of immateriële maatwerkvoorzieningen | |
Wat hebben we gedaan?In 2016 zijn de contracten met aanbieders voor begeleiding, huishoudelijke ondersteuning, woningaanpassingen, hulpmiddelen en vervoersvoorzieningen gecontinueerd. Grote veranderingen in de ondersteuning van kwetsbare burgers hebben zich daardoor niet voorgedaan. Uitzondering is dat de werkwijze rond de huishoudelijke ondersteuning medio 2016 is bijgesteld. Cliënten krijgen hun ondersteuning weer toegewezen in de vorm van uren in plaats van een resultaat ‘schoon en leefbaar’. Aanbieders worden weer betaald voor de uren die zij leveren in plaats van voor een (gemiddeld) periodetarief. Tot slot is in 2016 de aanbesteding van het doelgroepenvervoer succesvol afgerond. Voor de uitvoering van de Regiecentrale is Connexxion gecontracteerd. De aanbesteding voor het perceel 'Vervoer' heeft geresulteerd in de contractering van vijf vervoerders. |
Prestatie-indicator | Nulmeting | Realisatie | Streefwaarde | Realisatie | Bron |
a. Tevredenheid gebruikers over de aanvraagprocedure individuele Wmo-voorziening (rapportcijfer) [1] | 6,7 (2008) | 7,0 (2010) | 6,9 | - | SGBO Cliënttevreden-heidsonderzoek |
a. Tevredenheid gebruikers over Wmo-voorzieningen (rapportcijfer) [1] | 7,5 (2008) | 7,3 (2010) | 7,5 | - | SGBO Cliënttevreden-heidsonderzoek |
a. Aantal lopende indicaties Wmo-voorzieningen | 19.795 (2013) | 21.610 (2014) | 23.000 | 21.383 | Intern cliënt-volgsysteem |
[1] Gemeenten zijn op grond van de Wmo 2015 verplicht een cliëntervaringsonderzoek te laten uitvoeren, waarvoor landelijk een verplichte vragenlijst is vastgesteld . De exacte omschrijving van deze vragen/indicatoren wijken hierdoor vanaf 2016 af van de eerder opgenomen indicatoren in de Programmabegroting 2016-2020. Begin 2016 is dit cliëntervaringsonderzoek over 2015 uitgevoerd. Hieruit kwam naar voren dat 61% van de cliënten aangeeft dat zij door de gemeente snel geholpen werden met hun hulpvraag. 71% van de cliënten geeft aan dat zij de kwaliteit van de zorg/ondersteuning zie zij krijgen goed vonden.